Van alles

Voor je kleinkinderen zorgen

Opvoeden met een opa- en omasaus

Onderzoek toont aan dat kinderen die noodgedwongen uit huis geplaatst moeten worden beter af zijn bij hun grootouders dan bij een pleeggezin. Onze krant besteedde hier al eerder aandacht aan. In dit nummer een interview met ervaringsdeskundigen Hanna en Peter. 

Hanna (60) en Peter (iets jonger) zorgen inmiddels vier jaar voor hun twee kleinkinderen Linde (13) en Merel (bijna 5). Linde kwam van de ene op de andere dag bij oma en opa wonen en een paar maanden later volgde baby Merel. Peter: “We hadden al een tijdje een onderbuikgevoel dat er dingen niet klopten in het gezin van mijn dochter, maar we konden er geen vinger achter krijgen. We hadden het er weleens over wat we zouden doen als er hulp geboden moest worden. In 2014 werd dat scenario werkelijkheid. We werden gebeld of we voor Linde konden zorgen.”

Een achtbaan

Hanna: “Tuurlijk doe je dat, dat was binnen vijf minuten besloten. Daarna belandden wij in een achtbaan. Eerst moesten de praktische dingen geregeld worden, zoals een bed, een kinderstoeltje, een kast en speelgoed. Dat haalden we bij de kringloop. Van mijn werkkamer maakten we een kamer voor Linde. Ons leven veranderde van de ene op de andere dag en stond geheel in het teken van Linde, zoals naar school brengen en weer ophalen.” 

Jeugdzorg

Korte tijd later kwam Merel er ook bij. De zorg voor de kleinkinderen was voor Hanna niet meer te combineren met haar baan. Ze kregen hulp van Jeugdzorg. Hanna: “We kregen begeleiding, trainingen en er werd een onkostenvergoeding aangeboden, zodat wij de ouderlijke zorg goed konden invullen. Ook de kinderen werden begeleid. Maar toch duurde het maanden voordat we weer wat emotionele rust in huis hadden.”

Ouderrol

De band tussen grootouders en kleinkinderen veranderde door de fulltime zorg. Hanna: “Voorheen verwende je de kinderen, nu moesten we de ouderrol op ons nemen.” Peter vult aan: “We hebben er een ouderrol met een opa- en omasaus van gemaakt. Soms was dat lastig, want dan was er een ander kleinkind op visite en dan moesten we Linde en Merel toch anders behandelen dan het kleinkind dat op visite was. Alles liep en loopt door elkaar.”

Grote impact

De impact op hun leven is groot. Hanna: “Van de ene op de andere dag ben je je vrijheid kwijt. Ook de omgang met je leeftijdsgenoten verandert.” Peter: “Met vrienden spontaan naar het theater of uit eten kon niet meer. Er moest dan oppas geregeld worden. Ook ons huis moest anders ingericht worden: de breekbare spullen in de kasten, en speelgoedkratten weer in de woonkamer. Ons opgeruimde huis werd door al die kinderspullen weer een troep. De zonvakanties werden omgeruild voor het vakantiepark met speelattracties.”

Geen kommer en kwel

Toch is het beslist niet allemaal kommer en kwel, wil Hanna benadrukken. “Dat wij de kleinkinderen kunnen opvoeden is goed voor ons kind, voor onze kleinkinderen, maar ook voor ons. Je krijgt regelmatig een kadootje. Laatst zat ik met Merel op de bank en vertelde ze dat ze later drie kinderen en een baby neemt. Nou, daar word je toch vrolijk van? Het houdt ons fit en scherp, je kijkt anders naar de dingen en het maakt je bewust van de relativiteit van het leven. Ook heb je voordeel van je eigen moederschap van dertig jaar geleden. Vroeger bemoederde ik mijn kind meer en nu faciliteer ik mijn kleinkind. Aan de ene kant ben ik strenger en aan de andere kant lach ik wel eens om een rare puberreactie, omdat ik weet dat het volgend jaar weer over is. Een grote mond accepteren wij veel minder, we leggen uit dat we lief voor elkaar moeten zijn.”

Geeft energie

Peter: “Kleinkinderen opvoeden vraagt energie van je, maar het geeft ook veel energie. Omdat je meer vrije tijd en ervaring hebt, kun je ze meer kwaliteit geven, en de ervaring die je met je eigen kinderen hebt opgedaan maakt het opvoeden makkelijker. Als je ouder bent, heb je meer innerlijke rust.” En de relatie met hun eigen kind? “Die hebben wij ‘zakelijk’ gehouden. We hebben met elkaar afgesproken dat we ons positief uitlaten als we het met de kinderen over hun ouders hebben. Kinderen blijven loyaal aan hun ouders en dat is ook goed. Na een jaar hadden we de regelmaat te pakken, en functioneerden we zoveel mogelijk als een ‘normaal’ gezin.” 

Als kinderen dreigen tussen wal en schip te vallen omdat het thuis niet goed gaat, dan kunnen opa’s en oma’s het verschil maken. Zij kunnen hun kleinkinderen door een moeilijke tijd loodsen en ze gezond volwassen laten worden. Bij Hanna en Peter lukt dat in ieder geval prima. Hanna vindt het dan ook triest dat er zoveel kinderen in een tehuis zijn, terwijl er genoeg opa’s en oma’s zijn die de kwaliteiten, maar ook de tijd en energie hebben om die kinderen op te vangen. Het hoeven niet per se biologische kleinkinderen te zijn, het mogen ook kinderen van een ander zijn. 

“Mocht je dus je kleinkinderen of die van een ander in huis nemen, neem dan vroegtijdig contact op met Jeugdzorg” adviseert Peter. “Zij geven goede informatie, weten de weg en zijn een onafhankelijke partner. Jeugdzorg heeft ons ontzettend goed geholpen.” 

Wilt u gebruikmaken van jeugdzorg neem dan contact op via uw sociale wijk- of dorpenteam in de gemeente Leeuwarden en/of de huisarts voor een verwijzing. 

Om privacy redenen zijn een aantal persoonsgegevens gefingeerd. 

    

Tags
Show More

Related Articles

Geef een reactie

Back to top button
Close
Close