Een rubriek die terugkijkt op zaken die in de jaren zeventig en tachtig in Leeuwarden een begrip waren. Deze keer Nan Bulthuis die in 2023 na 53 jaar zijn kapperszaak sloot.
In 1969 werkte Nan Bulthuis (79) bij de gerenommeerde Amsterdamse kapper Pasquale Capone. Deze flamboyante man, verre familie van Al Capone, wilde eentweede zaak openen bij het Rembrandtplein en Bulthuis moest deze salon draaiende houden. Zijn vader, die al vanaf 1936 in de Sexbierumer- straat kapsalon Bulthuis bestierde, stak daar een stokje voor: “Ben je nou helemaal besodemieterd, die man laat jou werken en haalt dan je kas leeg. Kom maar naar Leeuwarden, dan kun je mijn zaak overnemen.” En zo kwam Bulthuis, na wat omzwervingen, zoals Amsterdam en de Holland- Amerika Lijn, terug in Leeuwarden. “Ik wilde eigenlijk kok worden, maar pa zag het wel zitten als ik het kappersvak inging. Hij stuurde me naar kapper De Jong in Drachten om het vak te leren, want vreemde ogen dwingen.”
Inmiddels had vader Bulthuis zijn zoon ingeschreven bij de Singel Kappersvakschool in Amsterdam. Als zestienjarige ging hij in de kost. In een stad die een vrijplaats was voor vrije geesten en waar extravagante types het nachtleven bepaalden. Voor Bulthuis een plek waar hij de nieuwste trends van het kappersvak ontdekte. Iets wat hij daarna zelf ook steeds zou opzoeken. “Ik heb daar geleerd dat een beetje show klanten trekt. Toen ik de zaak van pa overnam, was het nog veel opknippen en baardscheren. Ik wilde een trendy salon worden. Ik begon met het wassen van mannenhaar. Een extra service, maar ik deed het ook om gevoel bij het hoofd te krijgen. Dat knipt veel persoonlijker.” Vrij snel na de overname breidde hij de zaak uit met een damessalon. Velen zullen zich dameskapper Douwe Keeskamp nog herinneren die als barkeeper van Vat ’69 de overstap naar een baan voor overdag maakte.
Met de nodige pr-stunts wist hij de media te vinden. “Ik kon goed met Harry de Haan en Piet Ammerlaan van het Leeuwarder Weekblad. Op een bepaald moment vertelde ik hen dat ik een nieuwe haarlak had, een revolutionaire. Een heel artikel in de krant. Belt er gelijk een andere Leeuwarder kapper: ‘dat verkoop ik ook’. Maar ja, die stond niet in het Leeuwarder Weekblad.” Ook bui ten de kapsalon was hij actief. Zo behaalde hij in 2021 als vijfenzeventigjarige nog de tweede dan zwarte band in karate. “Ken je Actie Sportpiek nog? Heb ik mee-opgericht. En ik ben nog steeds betrokken bij Sterke Yerke. Met onder andere reclameschilder Koos Reinsma en Douwe Kees kamp hadden wij een waterski-stuntteam. Gingen we bij de Sinterklaasintocht als Pieten in piramidevorm door de grachten scheuren.”
Bulthuis heeft alle trends meegemaakt. De vetkuif, lang haar in laagjes, permanent voor mannen, punk met spikes, het gabberkapsel, noem het maar op. Een echte show was het schroeien van het haar. Bulthuis ontdekte deze methode op een internationale kappersshow in New York en bracht dit als eerste naar het Nederland. “Ik depte watten in alcohol, stak ze aan met een aansteker en veegde langs het haar. Het leek erg spectaculair, maar de hele zaak rook naar verschroeid haar. Later kwamen bijna reukloze haarbranders op de markt.” Een telefoontje met Jeanet Stuurop, hoofd stadsredactie van de Leeuwarder Courant zorgde ervoor dat ook deze stunt de krant haalde.
Door zijn originele manier van knippen, trok hij de aandacht van bekende Friezen. In de jaren zeventig en tachtig behoorden onder andere cabaretier Rients Gratama, architect Abe Bonnema en kunsthandelaar Aiko van Hulsen tot zijn clientèle. “Rients riep eens in De Harmonie dat iedereen naar mijn zaak moest gaan. Dan zou hun haar er net zo mooi uitzien als dat van hem.”
Ook veel prominente dj’s en muzikanten werden door Bulthuis geknipt. Een aantal leden van de band Road waren vaste klant en dat bracht de zwager van de Leeuwarder kapper op een idee. “Hij handelde in vrijetijdskleding. Hij tipte mij om blitse overhemden voor Road aan te schaffen en dan heel discreet ‘Nan Bulthuis Kappers’ op de achterkant te zetten. Zit op een dag Klaas Houwen van kledingzaak Wim Houwen en boetiek de Pimpernel bij mij in de stoel en zegt: ‘Ik stop met mijn kledingzaken’. Ik was verrast. ‘Ik begin een kapsalon,’ zei hij, terwijl hij me schalks aankeek. Dat was zijn manier om aan te geven dat hij mijn overhemdenactie niet waardeerde. En terecht.”
Bulthuis stond er al die jaren niet alleen voor. Zijn vrouw was zijn rechterhand. Ze was niet alleen kapster en schoonheidsspecialiste in de salon, maar regelde ook de financiële zaken. “Ze had alles strak in de hand, zodat ik mij volledig op het kappersvak kon concentreren. Sterker nog, op zaterdag, als Martha de kassa afsloot, stond ik naast haar en riep met een lach ‘Krijg ik ook wat?’.”
November 2023 ging de kapperszaak dicht. Nu is het tijd om samen ook overdag de genieten van het leven. Met een knipoog sluit Bulthuis het gesprek af, zittend in een van de kappersstoelen die er al vanaf 1970 staan. “Ik heb begrepen dat je op de toppen van je kunnen moet stoppen. Ik ben bijna tachtig, dan mag dat ook.” ■